Terwijl de Islam een grote invloed gaat krijgen op religie en maatschappij, verkeert het christendom in een crisis. Zeker in Nederland lopen de kerken leeg, zowel bij de katholieken als ook bij de protestanten. Is het werkelijk slecht gesteld met het christendom? Neen. Het christendom zelf is geen lelijk soort godsdienst. Naastenliefde en respect voor Hemel en Aarde, wie kan daar nou tegen zijn? Maar als het dit geloof zelf dan niet is, wat is er dan zo mis met de beleving van dat geloof? We zullen proberen u daar wat gedachten over voor te spiegelen.
Allereerst kan men een wezenlijk verschil maken tussen ‘geloof’, ‘geloven’ en ‘de manier, waarop men dat doet’. Wie ‘geloof’ zegt, die vindt zijn Bron bij Jezus. En met name bij Diens Openbaring van het ‘Nieuwe Geloven’. Let op, want er staat niet ‘het nieuwe geloof’. Het Geloof was er immers al. Middels de Joodse overleveringen en de Wetten van Mozes. Maar Jezus legde daar een persoonlijke verantwoordelijkheid bovenop. Hij begon de mensen aan te spreken op hun ‘Geloven’. En Hij had daar nogal kritiek op, aangezien hun ‘Geloven’ teveel werd aangestuurd door hun ‘Geloof’. De regels van de Joodse kerk naleven, omdat die er nu eenmaal waren, was voor Hem geen aanleiding, daar Zijn Zegen over te geven. Jezus probeerde de mensen te laten inzien, dat hun ‘Geloof’ veel meer afhankelijk was van ‘Geloven’, dan andersom. Verhalen van de Barmhartige Samaritaan werden als voorbeeld gesteld. ‘Wat is er eigenlijk te zeggen over die naastenliefde, die jullie in de tempel zo belijden, als je niet eens weet, wie je naaste is? Om maar te zwijgen, wat je voor hem of haar zal doen!’ Jezus bracht de mensen een Geloofsbewustzijn bij: Niet alleen maar mooie gebeden opdreunen, maar er ook naar handelen.
Er is nog iets opvallends aan Jezus’ Missie: Hij leerde de mensen om vooruit te kijken en te denken. Wat gisteren was, was gisteren. Het gaat om, wat je nu doet. ‘Ga heen en zondig niet meer’. Niet meer omkijken naar je fouten, maar erop toezien, dat je die niet opnieuw maakt. Jezus maakte het Joods ‘Geloof’ vast aan Joods ‘Geloven’. En dat zette kwaad bloed bij de schriftgeleerden, die maar al te graag prat gingen op hun wijsheid bij de uitleg van de Torah. En daar kwam ineens een timmermanszoon hen de les lezen over hun ‘Geloven’? Terwijl het Joods ‘Geloof’ met de Farizeeën als haar dienaren, achteruit keek naar hun geschiedenis, leerde Jezus de mensen, om vooruit te kijken naar hun daden van nu en de toekomst.
En kijk dan nu eens naar dat christendom van vandaag de dag. Wie nu een christelijke kerk bezoekt, die krijgt een stevig staaltje achteruit kijken. Allereerst kent de christelijke kerk de z.g. Sola Scriptura: Het Woord van God, dat in de tijd van Jezus is aangevuld met Zijn Evangeliën plus nog wat ‘erkende’ boeken. De Protestantse Kerk zweert erbij en kent geen enkele autoriteit toe aan hedendaagse Woorden van God, al zouden ze er over struikelen. Alsof God na Jezus’ tijd nooit meer tot de mens zou hebben gesproken, dan wel zou kunnen spreken. Maar ook de Roomse Kerk heeft haar ‘terugblik-geloven’. Dat begint al bij de schuldbelijdenis, waarin vooral moet worden omgezien, naar wat de kerkganger nu weer op zijn kerfstok heeft. Dat verleden krijgt voorrang bij alles. Daarna is het tijd, om voor te lezen uit die ‘Verleden Tijd Boeken’, waarna de priester of pastoraal medewerker er nog eens dunnetjes overheen gaat, door die ‘verleden tijd’ te verklaren. Daarna is het Offerande en Consecratie en ook dat is voortgekomen uit het herhalen van wat in het verleden ooit werd gedaan. De Roomse Eredienst gaat pas toekomstgericht kijken bij de mededelingen, die pal voor de eindzegen over de hoofden van de gelovigen worden uitgestrooid.
De maatschappelijke ontwikkeling kijkt naar de toekomst. Het oorlogsverleden van de Duitsers komt slechts op 4 mei nog eens ter tafel. De mensen van tegenwoordig maken zich zorgen over de toekomst. Milieu, ouderenzorg, kinderopvang, huisvesting, dreigingen van oorlogsgeweld, illegale immigranten, hongersnood, ‘Voltooid leven’, u noemt het maar. De mensen slaan rechtsaf, richting toekomst. Maar de christelijke kerken houden vast aan hun ‘achteruitkijk-visie’ en proberen de gelovigen met een kerk in zijn achteruit rijdend, toch de toekomst in te rijden. Wie dan nog kijkt naar Jezus, die ook voor de toekomst en heden van zijn tijd ging, snapt nu, waarom de christelijke kerken met hun ‘Manier van Geloven’ niets meer hebben heel gelaten van Jezus’ Boodschap. Iedere dag staan de religieuze kranten vol van berichten over (benoemingen van) kardinalen, wat de Paus nu weer zei, vergaderingen van pastorale teams over ‘manieren’ van Geloven, et cetera, et cetera. En Jezus, die draait zich om en denkt hoofdschuddend: ‘Mijn Kerk? Vader, vergeef het hen, want ze weten nog altijd niet, wat ze doen.’