Te Gek of Te Gen II

gentechnologie

Gisteren hebben we u voorgesteld aan Genetische (Bio)technologie. Daarbij hebben we u de vraag voorgelegd, hoe u daar tegenaan kijkt vanuit moreel of ethisch oogpunt. Het merkwaardige is, dat de meesten van u hinken op twee gedachten. Wanneer u naar de Keukenhof gaat en de bloeiende velden ziet, zult u ongetwijfeld de schoonheid kunnen bewonderen. En met name de ‘perfecte’ schoonheid. En het is precies dat woord ‘perfect’, dat bij een ander gebruik van Gen-technologie plotseling een heel andere discussie oproept. Hoe komt dat eigenlijk, dat die discussie over het gebruik van Gen-technologie plotseling dat gevoel van ‘ethische afkeer’ oproept. Wel, dat antwoord is heel eenvoudig te geven: ‘De wereld van de Gen-technologie gaat vele malen sneller, dan de Ethische Commissies kunnen bijhouden.’ Ons morele bevattingsvermogen kan de afwegingen niet aan en in dat geval ontstaat er een onbehaaglijk gevoel over dit soort zaken. En dan hebben we de religieus onderbouwde argumenten nog niet eens meegerekend.

Laten we u eens weer een aantal voorbeelden voorhouden, waarbij gen-technologie al dan (nog) niet toepasbaar is of kan worden. Stel, dat er morgen een gen-therapie op de markt zou verschijnen, die doofheid bij ouderen kan ‘wegnemen’. Zou u dat dan een waardevolle aanwinst vinden? Vanuit medisch oogpunt, natuurlijk wel. Maar het betekent wel, dat de medische wetenschap ‘ingrijpt’ in de wezenlijke ‘broncode’ van het menselijk lichaam. Ook al zal het gaan om een ‘gehoor-gen’, het principe is, dat uw wezen wordt ‘gecorrigeerd’. En als u dat werkelijk toch zou goedkeuren, waar ligt voor u dan de grens? Als er een kindje op komst is en er blijkt uit vlokkentest of vruchtwaterpunctie, dat het embryo het syndroom van Down heeft (voor diegenen, die het niet weten: Het kind zal dan geboren worden als een ‘Mongooltje’) dan is het nu ‘maatschappelijk aanvaardbaar’ om de zwangerschap hierom te onderbreken. Maar waarom zou u dan bezwaar kunnen hebben, als we met gen-therapie andere afwijkingen in het embryonale stadium wel kunnen verhelpen? Zou u willen, dat er een gen-therapie bestaat, die het embryo van zijn syndroom van Down kan afhelpen? Ja? Dan zult u ook moeten toestaan, dat het onderzoek naar de oplossing van dit soort wezenlijke problemen moet kunnen plaatsvinden. En dat daar embryo’s voor zullen worden gebruikt, die als ‘niet-levensvatbaar’ worden aangeduid. U kunt niet zeggen: We willen wel, dat het kan, maar we willen niet, dat er onderzocht wordt, hoe dan wel.

En wat dan te denken van stamcel-therapie, waarbij een embryo als ‘donor’ wordt gebruikt, om aan goede stamcellen te komen, om zo een kind te redden van een wisse dood? Waar ligt bij u de ethische grens? Een kind laten sterven, omdat u tegen ‘ingrepen’ in de ‘bron van leven’ bent bij embryo’s? Of de wetenschappers van de gen-technologie hun werk laten doen, waardoor er een therapie op de markt komt, om dergelijke kinderen (leukemiepatiëntjes) te kunnen genezen? Waarom zou de mens de natuur en de genetische loterij bij het tot stand komen van een zwangerschap geen strobreed in de weg leggen, als met zorgvuldige motieven kan worden voorkomen, dat het kind zijn hele verdere leven gebukt moet gaan onder het (gebrek aan) moreel besef bij u?

Oh zeker, de tegenstanders van dergelijke vormen van technologie hebben het niet op het ‘verbeteren van de mens’. Maar dan willen wij u graag voorhouden, dat in deze materie geen sprake is van ‘verbeteren’, maar van ‘herstel’, of zo u wilt ‘reparatie’. Ook zijn er tegenstanders, die hun zorgen uiten over het idee, dat de mens ‘op de stoel van God wil zitten’. In hun opvatting tonen ouders hoogmoedigheid, als zij hun kind ‘op bestelling’ kunnen meegeven, wat zij willen, dat het kind heeft of niet heeft. Oh zeker, er zullen ongetwijfeld ouders zijn, die met deze techniek zo hun verlanglijstje indienen. Maar dat is hier niet aan de orde. De mens dient zijn morele en ethische verantwoordelijkheid te nemen in beide situaties. En het zou eerder van kortzichtigheid getuigen, om de ene situatie (reparatie of herstel) moreel of ethische te verbieden, omdat de dreiging van verkeerd gebruik in andere situaties (voorkeuren voor geslacht en uiterlijk) mogelijk wordt.

Bezoekt u het komende weekend eens een botanische tuin. En bedenk dan eens, dat sommige van die prachtige planten die u ziet, daar zo zijn gekomen, omdat de kwekers van die planten net zo denken als die ouders, die hun kind ‘van te voren’ invullen. En sta eens stil bij uw moreel of ethisch besef daarover. En als er dan ineens een kind met het syndroom van Down op u afrent, bedenk dan eens, wat u er voor over zou hebben, om dat kind daarvan af te helpen.Of wat u er misschien wel voor over had gehad, als u dat kind daar al eerder (in zijn of haar embryonale fase) vanaf had kunnen helpen.

Morgen: de religieuze standpunten

 

Geef een reactie