Er zijn altijd wel mensen, die op een of andere manier een bijzondere prestatie kunnen leveren. Voetballers als Messi, Ronaldo, Cruijff, hun prestaties spreken zeer tot de verbeelding. Ook in muziek kennen we die bijzondere mensen: Bob Dylan, de Beatles, Elvis Presley. Ieder mens kent wel namen van buitengewoon getalenteerde mensen, die om een of andere reden in hun ‘discipline’ excelleren. En wat is nu het merkwaardige aan dat bijzondere talent? Dat het een zekere ‘uniekheid’ heeft. Die mensen hebben ‘iets’, dat hen zo uniek maakt, omdat niemand anders dat heeft. Hoezeer iemand ook zijn best zal doen op het trappen tegen een bal, hij zal nooit zo mooi kunnen spelen, als Messi dat doet. En hoe goed iemand zijn best ook zal doen, een pianist als Arthur Rubinstein of Wladimir Ashkenasy wordt niemand. De uniekheid wordt bepaald door de Ziel van die bijzondere mensen. En iemand kan nu eenmaal niet de Ziel van een ander hebben. En het zou daarom ook erg dom zijn, om zich uit te geven voor een dergelijke grootheid. Dat is ook nimmer de bedoeling van het leven. En toch zijn er, op een heel ander vlak dan al die beroemde namen vertegenwoordigen, mensen en instellingen, die denken, dat ze dat wel kunnen. Sterker nog, die denken dat ook te mogen. Vandaag nemen wij u mee in de ‘psyche’ van die manier van denken en zullen u duiden, waarom dat een net zo domme gedachte is als die van iemand die roept: ‘Ik ben de koning!’
Waarheid is. Al wat in Waarheid wordt geboren, leeft, sterft en opnieuw geboren wordt is gelijk aan Waarheid. Deze woorden klinken best wel mooi, maar het valt nauwelijks uit te leggen aan iemand, die niet Waarheid heeft gevonden. Zo is het met het begrip ‘God’ evenzeer. Wie ‘God’ ervaart, weet wat ‘God’ is. En wie ‘God’ niet ervaart, hij weet het niet. Het betekent dus eenvoudig, dat men pas ‘God’ ervaart, indien men in de eigen Ziel zover is. Nu zijn er verhalen van mensen, die ‘God’ ervaren (hebben) en die daarmee een getuigenis vormen van hun ‘Godsbeleven’. Is dat ‘Godsbeleven’ van die mensen altijd hetzelfde? Jazeker! Maar waarom verschillen die verhalen zelf dan toch? Heel eenvoudig: Omdat de ene mensenziel de andere niet is. Immers, als alle mensenzielen dezelfde waren, dan hoefde niemand aan een ander zijn ‘Godsbeleven’ voor te houden. De ander zou het immers kunnen onderstrepen.
Zo kan men eenvoudig de conclusie trekken, dat er mensenzielen zijn, die ‘Godsbeleven’ kennen en ervaren en mensenzielen, die dat (nog) niet doen. Toch willen alle mensen met hun Zielen ‘God’ leren kennen en leven. Maar voor de mensen, die ‘God’ niet beleven, zijn die mensen, die dat wel doen ongeveer ‘heilig’. Want die ‘Godsbelevenden’ beschikken blijkbaar over een bijzondere ‘gave’, die de gewone mensenziel blijkbaar niet heeft. Zo’n ‘Godsbelevende’ is dus net zo bijzonder en beroemd als de eerder genoemde personen uit ons verhaal van vandaag. En zo worden ze ook beschouwd. Indien zo’n Ziel tot de RK Kerk behoort, dan wil zo’n Kerk hen nog wel eens ‘Heilig’ verklaren. Da’s aardig van die Kerk, maar u moet hierbij vooral denken aan de belangen, die de Kerk daar zelf mee heeft. De RK Kerk is een Rentmeesterkerk, vergeet dat niet.
Ook de Protestantse Kerk heeft zo zijn ietwat simplistische kijk op die ‘Godsbelevende’ mensenzielen. De verhalen en getuigenissen van en over die ‘bijzondere Godsverbondenheid’ worden met respect aangehoord. Maar vervolgens gaat de Protestantse Kerk zeggen: ‘Ah, dus als wij precies het Woord volgen, wat staat geschreven en het liefst op dezelfde manier uitvoeren, dan is dat ‘God’ dus welgevallig! Want dat was het met die ‘Godsbelevende mensenziel’ immers ook! De Protestantse Kerk huldigt de gedachte, dat als zij precies dezelfde toetsen op een piano indrukt, zoals Arthur Rubinstein dat deed, zij dus net zo goed piano kunnen spelen als Arthur Rubinstein dat kon. Dat als de tekst van de Bijbel nu maar zo letterlijk mogelijk wordt gevolgd, het in ‘Godsogen’ dus net zo goed is, als degene, die het heeft opgeschreven het zo heeft bedoeld.
De Bijbel en zijn inhoud is geen toneelstuk, dat de spelers een rolverdeling oplegt, waar iedere kerkganger de tekst tot uit den treure krijgt voorgekauwd, door de dominee-regisseur, die de gelovigen-akteurs precies zal vertellen, hoe, waar en wanneer zij de Bijbel-toneeltekst dienen te gebruiken. Want hoezeer ze hun best ook zullen doen en hoe overtuigend het ook moge klinken: met werkelijk ‘Godsbeleven’ heeft een dergelijke kerkgang niets te maken. En het zal er ook niet door bewerkstelligd worden.
Morgen: de Toneelvereniging uit Rome.